World Whisky Day: een begrippenlijst van A tot Z met 67 termen
World Whisky Day 2022 staat voor de deur. En om mee te praten als een kenner tijdens de jaarlijkse ‘feestdag’, die op 21 mei plaatsvindt, hier een begrippenlijst van A tot Z. Onthoud deze 67 belangrijke termen.
Whisky is een complexe drank. Niet alleen qua smaak, maar ook de productie en de hele wereld er omheen zijn uiterst ingewikkeld. Over de drank kan ontzettend moeilijk worden gedaan. No worries: deze overzichtelijke A-Z whiskygids legt alle essentiële kennis aan je uit zodat je bij je volgende bezoek aan de whiskybar feilloos mee kunt praten met de pro’s.
Een whiskygids voor World Whisky Day 2022
Deze whiskygids is ingedeeld op alfabetische volgorde. Ben je dus op zoek naar een specifieke term, dan weet je waar je naartoe moet scrollen. Het kan voorkomen dat een deelterm eerder behandeld wordt dan de term waar deze onderdeel van uitmaakt. Dit vanwege de alfabetische volgorde. Ons advies? Lees deze whiskygids helemaal door en leer alles wat je weten moet. Slainte mhath! (We vertellen je dadelijk wat dit betekent.)
American barrel – Vaten die voor Amerikaanse whisky worden gebruikt hebben een inhoud van 173 – 191 liter.
Angel’s Share – Whisky wordt, zoals je hopelijk weet, gerijpt in houten vaten. Hout is licht poreus, wat betekent dat een deel van de inhoud van het vat verdampt. Afhankelijk van omgevingsfactoren als locatie en temperatuur kan dit enkele procenten tot wel meer dan 10% zijn. Het gedeelte whisky dat verdampt (en dus ‘naar de hemel’ stijgt) krijgt de romantische naam ‘Angel’s share’, oftewel: het deel voor de engelen.
ABV – ABV is de afkorting van ‘Alcohol by volume’: het alcoholpercentage van een fles whisky.
Age – Veel soorten komen met een leeftijdsaanduiding. Om als whisky door het leven te mogen gaan, moet de drank minimaal 3 jaar en een dag gerijpt zijn. Er wordt echter gekeken naar het jongste component van de whisky. Een 10 jaar oude whisky bevat dus whisky die minimaal 10 jaar gerijpt heeft, maar zou zomaar ook delen kunnen bevatten die 11 of 12 jaar (of wellicht zelfs langer) in het vat hebben gezeten.
Barley – Barley, in whiskytermen ‘Malted barley’ (gemoute gerst) is een graansoort die wordt gebruikt als basisingrediënt van veel soorten whisky. De drank hoeft overigens geen gerst als ingrediënt te bevatten. Heeft een whisky gerst als ingrediënt, dan wordt deze getypeerd als ‘malt whisky’. Bevat deze geen gerst maar een andere graansoort (of combinatie van andere graansoorten), dan noemen wij dit een ‘grain whisky’.
Blended whisky – Blended whisky bestaat uit meerdere soorten van verschillende distilleerderijen. Bij het samenstellen van een blend heeft de blender een bepaald smaakprofiel in gedachten. Hoewel doorgaans minder prestigieus dan een single malt whisky, is een blended whisky niet per definitie van mindere kwaliteit.
Bourbon – Bourbon is een Amerikaanse whiskey-soort, behorend tot de graanwhiskey’s met basisingrediënten die minimaal voor 51% bestaan uit mais. Typisch wat zachter van smaak.
Bourbon cask – Whisky wordt gerijpt in houten vaten en die komen in veel verschillende soorten. Zie je ‘bourbon cask’ staan, dan betekent dit dat de whisky (deels) heeft gerijpt in vaten waarin eerder bourbon heeft gezeten.
Butt – Een butt is het grootste whiskyvat dat wordt gebruikt. Het heeft een inhoud van 500 liter.
Casks – De vaten die worden gebruikt om de whisky in te rijpen.
Cask strength – Ook ‘barrel proof’ genoemd. Hier komt misschien een shocker: vrijwel elke whisky die je drinkt is verdund met water. Dat is niet erg: het wordt ingecalculeerd in de smaak en gedaan om het alcoholpercentage omlaag te brengen wanneer de whisky gebotteld wordt. Komt de whisky net uit het vat, dan bevat deze zo’n 60-70% alcohol. Cask strength whisky wordt ook met dit percentage gebotteld. Je kunt cask strength whisky puur drinken, maar de meeste mensen verdunnen ‘m zelf met wat water.
Charring – Charring, ook wel ‘toasting’ genoemd, is het branden van de binnenkant van een vat. Door het hout te branden, geeft het vat zijn smaken (die in het hout zitten) sterker af aan de whisky die hierna in het vat gaat.
Chill (filtration) – Whisky is een natuurproduct en kan daarom troebel worden, indien het wordt gekoeld of met water wordt vermengd. Door de whisky te verkoelen (chillen, doorgaans tot rond het vriespunt) hechten de natuurlijke troebele deeltjes aan elkaar en kunnen deze verwijderd worden middels een filter. Overigens kan alleen whisky met een alcoholpercentage van 46% of minder troebel worden bij koeling of vermenging. Het chill filtration-proces wordt alleen gedaan voor cosmetische doeleinden. Whisky die dit proces niet heeft doorlopen zijn non-chill filtered of un-chill filtered.
Column still – Whisky (en andere spirits) wordt gedistilleerd in verdampers. Door verhitting verdampt de drank: deze damp wordt opgevangen en afgekoeld tot-ie weer vloeibaar is. Dat distillaat vormt de basiswhisky voordat deze het vat in gaat om te rijpen (en zijn smaak te verkrijgen). Een column still is een moderne verdamper die het proces ononderbroken kan uitvoeren. Wordt ook coffey still of patent still genoemd genoemd.
Copita – Whiskyglas met het uiterlijk van een klein wijnglaasje. Stamt uit Spanje als glas voor sherry. Populair tijdens tastings omdat de vorm van het glas (je houdt het glas vast aan een steel en dus verwarmt je hand de drank niet) erg geschikt is om de aroma’s te ruiken.
Distilleren – Middels distilleren wordt een basisdistillaat verkregen waaruit whisky kan worden gemaakt. Tijdens het distilleren krijgt de drank meer alcohol. De low wines (de drank die na het distilleren van het gefermenteerde product ontstaat) wordt verhit en verdampt. De damp wordt afgekoeld, opgevangen en vormt dan het distillaat: een heldere drank met een hoog alcoholpercentage. Kenmerkend aan Schotse whisky is het twee keer distilleren; Ierse whisky wordt doorgaans drie keer gedistilleerd.
Draff – Draff, ook ‘pot ale’ genoemd is wat overblijft wanneer de wash (de gefermenteerde brij) is gedistilleerd. Het bevat overblijfselen van onder andere de granen en is zeer voedzaam. Daarom wordt het vaak gebruikt als veevoer.
Dram – De Schotse benaming voor een glas whisky. Je drinkt een dram: een glaasje dus. Een dram is dus geen maat of meeteenheid, zoals wel eens wordt gedacht.
Feint – De laatste hoeveelheid drank in de spirit still (distillatieketel). De feint bevalt veel water en weinig alcohol waardoor deze nog een keertje extra gedistilleerd wordt om alle alcohol eruit te krijgen.
Fermentatie – Fermentatie is het proces waarbij suiker in alcohol wordt omgezet. Bij whisky gebeurt dit door gist toe te voegen aan de wort (een suikerachtig mengsel dat ook de basis vormt voor bier). Na een aantal dagen is de suiker uit de wort omgezet in alcohol. Vanaf dat punt noem je de wort ‘wash’. De wash heeft een alcoholpercentage van 5-8%. Uit de wash wordt low wine gedistilleerd.
Fermentation still – Het eerste distillatieproces waarin van de dikke wash low wine wordt gemaakt, die vervolgens verder wordt gedistilleerd in de spirit still.
Finish – Whisky rijpt niet per se in één vat. Soms wordt een whisky voor zijn laatste rijpperiode overgeheveld in een ander type vat om een (extra) smaakaccent mee te geven. Dit proces noemt men de finish.
First fill casks – Een vat dat nog niet eerder werd gebruikt voor het rijpen van drank. Geeft nog de meest houtachtige smaak af.
Floor malting – Een traditionele en arbeidsintensieve manier om de gerst te laten kiemen. De gerst wordt geweekt in water en daarna op een houten vloer gelegd. Na ongeveer een week komen de kiemen uit. De gerst moet regelmatig met de hand worden gedraaid. Nog slechts een handjevol distilleerderijen gebruikt deze methode; de meeste zijn overgestapt op drogen middels vuur.
Foreshot – Het eerste distillaat in de spirit still (distillatieketel). Dit eerste beetje bevat te veel alcohol en wordt daarom teruggeleid om nog een keer gedistilleerd te worden.
Fresh spirit – De drank die overblijft na de distillatie en die gereed is om te rijpen.
Glencairn – Vergelijkbaar met de copita, maar iets dikker, robuuster en zonder steel. Ook populair tijdens tastings omdat-ie zich prima leent om de whisky te walsen en zo de aroma’s vrij te laten komen.
Green malt – Gerst die al wel gekiemd is, maar nog gedroogd moet worden.
Grain whisky – Whisky die een graansoort of graansoorten anders dan gemoute gerst (malt) gebruikt als basis.
Highball – Een longdrink glas dat vaak gebruikt wordt voor whiskycocktails, specifiek de ‘scotch & soda’ (whisky met cola).
Highlands – Eén van de Schotse regio’s waar whisky wordt geproduceerd. Deze grote regio strekt zich uit van het noorden van Glasgow via Edinburgh naar de uiterste noordkust.
Hogshead – Een vat met een inhoud tussen de 250 en 305 liter.
Islands – Verwijst naar de productieregio’s van de Schotse whisky. Whisky’s die op de islands zijn geproduceerd zijn afkomstig van de eilanden voor de Schotse westkust of het noordelijk gelegen Orkney. Whisky’s die hier vandaan komen zijn vaak geturfd van smaak, omdat turf hier van origine de populairste brandstof was.
Islay – Het Schotse eiland met de meeste whisky-distilleerderijen. Acht stuks maar liefst. Staat vooral bekend om de rokerige whisky’s die hier doorgaans vandaan komen.
Keepers of the quaich – Een select internationaal gezelschap van liefhebbers en professionals die een significante bijdrage hebben geleverd aan de Schotse whisky-industrie.
Klin – De klin is een soort oven waarin de gemoute gerst wordt gedroogd zodat deze gebruikt kan worden voor de whiskyproductie. Whisky’s met een rokerige smaak danken dit aan het drogen boven een op turf gestookt vuur.
Lowlands – Vroeger één van de grootste whiskyregio’s ter wereld. Tegenwoordig veel kleiner. De Lowlands beslaan het zuidelijke gebied tussen Glasgow en Edinburgh.
Low wine Low wine is de alcoholhoudende drank met een percentage van 20-22% die overblijft na het fermenteren en verhitten van de wash. De low wine wordt in de spirit still verhit en gedistilleerd.
Malting – Malting is het proces waarin gerst (malt) in water wordt geweekt om te kiemen en vervolgens wordt gedroogd. Wanneer gerst gekiemd is, bevat de kiem suiker die tijdens fermentatie in alcohol kan worden omgezet.
Malt whisky – Whisky die gemoute gerst (ontkiemde gerst) als enige graansoort gebruikt.
Mashing – Het proces waarin warm water aan grist (fijngemalen gekiemde gerst) wordt toegevoegd om de suikers om te zetten in een soort suikerwater. Dit suikerwater wordt toegevoegd aan de wort waarna het fermenteren begint.
Mash tun – De mengkuip waarin wort wordt gevormd (gemalen mout met warm water.
Master blender – De master blender is de hoogste blender in de pikorde. Hij wordt ook wel ‘the nose’ genoemd. De master blender stelt de blends samen om het gewenste smaakprofiel van de whisky te verkrijgen.
Maturing – De maturing is de rijping van de whisky wanneer deze in de vaten zit. Tijdens deze rijping onttrekt de whisky smaak aan het vat hout en zo krijgt de drank voor het overgrote deel zijn smaak.
Neat – De whisky puur drinken, dus zonder ijs of toevoeging van water. Neat heeft ook nog een tweede betekenis: een afkorting die staat voor ‘Natural Engineerd Aroma Technology’. Dit is een glas dat min of meer door toeval en een productiefout tot stand kwam. Gek genoeg kwam men er achter dat in dit glas de vluchtige whiskydampen grotendeels werden vrijgelaten waardoor de zwaardere aroma’s in het glas blijven hangen. Dit is van invloed op de geursensatie.
Octave – Een klein type vat met een inhoud van slechts 45 – 68 liter.
Peated – Een peated whisky is een geturfde, rokerige whisky. De whisky krijgt zijn rokerige smaak doordat de gemoute gerst is gedroogd boven vuur dat wordt gestookt op gedroogde turf.
Pipe – Vat waarin eerder port heeft gerijpt.
Pot still Net als de column still is de pot still een variant van de ketel waarin de whisky wordt gedistilleerd. Deze ketels zijn altijd gemaakt van koper en staan bekend om hun uitstekende resultaat. Pot stills worden vaak gebruikt voor Schotse single malt whisky’s. Verreweg de meeste Ierse distilleerderijen gebruiken pot stills.
PPM – PPM is de afkorting van ‘parts per million’ en wordt bij whisky gebruikt om het aantal fenolen aan te duiden. Fenolen zijn restproducten van de verbranding van turf, welke in de whisky belanden. Hoe hoger het PPM-getal, hoe rokeriger de whisky.
Quaich – Een oeroud schaaltje waaruit Schotten vroeger whisky dronken, tevens een symbool voor vriendschap.
Quarter – Vat met een inhoud van 127 – 159 liter.
Refill casks – Een vat dat al eerder is gebruikt voor het rijpen van whisky.
Reflux – Tijdens het verdampproces koelt een gedeelte van de damp weer af tot vloeistof voordat het als distillaat is opgevangen. Het valt terug in de ketel en verdampt opnieuw door de verhitting.
Rye whisky – Whisky die gemaakt is met minimaal 51% rogge als bestanddeel.
Scotch – Whisky die uit Schotland komt wordt ‘Scotch’ genoemd.
Single malt – Een malt whisky die bestaat uit 100% malt whisky afkomstig van één distilleerderij. Doorgaans de meest prestigieuze en vaak kwalitatieve whisky. Vaten uit diverse batches worden samengevoegd voor een consistente smaak en kwaliteit. De whisky uit het jongste vat is leidend voor de leeftijdsaanduiding. Een 12 jaar oude single malt bevat dan ook whisky die minimaal 12 jaar gerijpt heeft, maar iets langer is ook mogelijk.
Sláinte / slà inte De Iers-Gaelische en Schots-Gaelische vorm van proost, vaak gevolgd door ‘mhath’, vrij vertaald: op je gezondheid. Ieren spreken Sláinte uit als ‘slantjuh’ en Schotten als ‘slench’.
Snifter – Een bol, ballonvormig glaasje dat van origine voor brandy wordt gebruikt. Zijn vorm stelt de drinker in staat om het glas behoorlijk horizontaal te houden zonder te lekken. Op deze manier kan de drank goed geroken worden, maar bepaalde dampen kunnen hierdoor overheersen.
Speyside – De regio tussen Inverness en Aberdeen, vernoemd naar de rivier de Spey. De grootste whiskyregio gerekend naar het aantal distilleerderijen (tegenwoordig om en nabij de 40).
Spirit still – Het tweede distilleerproces. Hierin wordt van de low wine de whisky gemaakt die in de vaten gaat om te rijpen. Het eerste proces heet de fermentation still, waarin de wash wordt gedistilleerd om de low wine te maken.
Tumbler – Ook bekend als de ‘lowball’. Een robuust, laag en wijd glas dat zich perfect leent voor drinkers die hun whisky graag on the rocks hebben.
Vatted malt – Vatted malt is een soort middenweg tussen blended whisky en single malt whisky. Net als blended whisky is vatted whisky een blend, maar in dit geval zijn alle soorten die gebruikt worden zelf single malts.
Viscositeit – Viscositeit wordt gebruikt om de stroperigheid van een vloeistof aan te duiden. Hoewel deze term technisch gezien niet helemaal correct is om toe te passen op whisky, geven mensen hiermee soms aan dat een whisky olie-achtig is.
Warehouse – Het gebouw waarin de whisky wordt opgeslagen om te rijpen. Traditiegetrouw gebeurde dit in een soort donkere stenen ‘kerkers’, maar tegenwoordig zijn dit veel vaker grote loodsachtige constructies waarin de vaten in rekken worden gestapeld voor een maximale capaciteit. Deze moderne varianten zijn vaak voorzien van systemen die de temperatuur en luchtvochtigheid reguleren.
Washback – Grote tonnen (traditiegetrouw van hout, tegenwoordig vaak van staal) waarin de fermentatie van de wort plaatsvindt om de wash te maken.
Wash still – De wash still is de ketel waarin de wash fermenteert en wordt verhit. Hierna blijft er een drank over met een alcoholpercentage van 20-22%: de low wine, welke als basis dient voor de distillatie die verder gaat in de volgende ketel: de spirit still.
Suggesties voor de whiskygids?
Wij hebben ons best gedaan om deze whiskygids zo compleet en informatief mogelijk te maken. Heb jij nog iets toe te voegen aan deze whiskygids? Mail de redactie. Lees ook dit interview, over investeren in het vloeibare goud.