Audi kondigt met nieuwe RS6 het einde van een tijdperk aan
Audi neemt bij de volgende RS6 afscheid van ‘ouderwetse techniek’. Dit laat Stephan Reil, hoofd van research en development binnen Audi Group, weten aan Wheels.
De superstation is een legendarische auto en erg geliefd onder kenners. De eerste generatie kwam in 2002 op de markt met een heerlijke 4.2 liter V8. Later volgende een versie met een 5.0 liter V10, gevolgd door twee generaties met een 4.0 liter V8.
Audi RS6 vanaf nu met elektromotor
Dergelijke aandrijflijnen gaan we vanaf nu nooit meer zien in de nieuwe Audi RS6. De huidige generatie is de laatste ‘zonder’ elektromotor.
Of de volgende (C9) Audi RS6 helemaal elektrisch wordt of een hybride aandrijflijn tot zijn beschikking krijgt, is nog onduidelijk. Dat de über-A6 niet meer enkel afhankelijk wordt van een brandstofmotor, is in ieder geval zeker.
Deze unieke en 800 pk krachtige Audi RS6 is de ultieme stationwagen
Het nieuwe model wordt naar verluidt in 2026 gepresenteerd. De generatie (C10) die daarop volgt – rond 2030 – komt logischerwijs wel als volledig elektrisch model op de markt.
Eigenlijk al hybride
Hoewel Audi stelt dat de C8-generatie, die nu in de showroom staat, de laatste RS6 is die enkel over een brandstofmotor beschikt, is dit niet helemaal waar. De 4.0 TFSI V8 krijgt hulp van een 48-volt mild hybride-systeem.
Zo’n systeem bestaat uit een startdynamo en een extra accu. Wanneer je gas loslaat, zet de dynamo de kinetische energie om in elektriciteit. Deze energie wordt opgeslagen in het batterijpakket. De elektrische systemen aan boord worden vervolgens draaiende gehouden middels deze energie. Dit zorgt voor minder brandstofverbruik.
Daarbij zorgt de startdynamo voor een beetje extra vermogen. In het geval van het nieuwe model is dit 12 kW, zo’n 16 pk. Dit elektrovermogen – en elektrokoppel – merk je met name bij het wegrijden. In feite hebben we dus al afscheid genomen van een Audi RS6 met enkel een brandstofmotor.