Anti-Football is coming home: hoe het saaie Engeland toch fans blij maakt
Wordt het Football is coming Home of to Rome? In dat eerste geval kun je er met vetgedrukte letters ‘Anti’ voor zetten. Hoe Engeland met afzichtelijk voetbal de finale haalde en bondscoach Gareth Southgate waarschijnlijk gelijk krijgt.
Het maakt de Engelse fans in ieder geval geen moer uit hoe er gevoetbald wordt. Het Victoriaanse oergevoel, aangelengd met bier, bruist ze al weken de poriën uit. Het behalen van de finale wordt gevierd alsof er een paradijs met 72 bierdrinkende vrouwen op hoge hakken wacht. Tabloids noemen de renners en werkers van het Engelse nationale team zelfs Semi Gods. En niemand die ingrijpt.
Anti-Football is coming home
Football is Coming Home staat tot en met zondag op repeat in Engelse huiskamers. Voor het eerst sinds het WK 1966 staat Engeland weer eens de finale van een groot eindtoernooi. Al die tijd had Engeland het spelersmateriaal waar andere voetballanden van droomden, maar zonder uitzondering werd er diep gefaald. De Hand van God, belabberde strafschoppen, het kluitje van Beckham, een uitschakeling tegen IJsland. Het trauma zat diep bij Engelse voetbalfans, afgang en schandalen waren de norm. Dat verklaart de keuze van bondscoach Gareth Southgate om het een keer met anti-voetbal te proberen, maar praat het natuurlijk niet goed.
Met niet één, maar twee brekers voor een viermansverdediging wist Engeland zonder tegendoelpunten de poulefase door te komen. Maar waar zaten we naar te kijken? De 0-0 tegen aartsrivaal Schotland was gênant, de overwinningen op Kroatië en Tsjechië kan niemand zich meer voor de geest halen. In de achtste finale volgden de bevreesde en gehate Duitsers, die de Engelsen al zo vaak naar huis stuurden. Maar de meest instabiele Mannschaft ooit hielp mee om dit trauma moeiteloos weg te spoelen. Tijdens de kwartfinale tegen Oekraïne stond Engeland zelfs bij een voorsprong van 4-0 nog te verdedigen en Danny Makkelie was nodig om Denemarken te verslaan. Het vertoonde spel deed pijn aan de ogen.
Fans én liefhebbers willen Jack Grealish
Feest, de finale. Maar gezien de rasvoetballers in de selectie is de manier waarop misdadig. Waar Harry Maguire en Harry Kane symbool staan voor het Engeland dat straks de finale tegen Italië speelt, sterven échte voetballers in schoonheid op de bank. Phil Foden, Marcus Rashford, Jadon Sancho, ze hadden het allemaal zoveel aantrekkelijker kunnen maken.
En dan is er natuurlijk nog Jack Grealish. Als er één rasvoetballer moet starten bij Engeland, dan is het deze sierlijke aanvaller van Aston Villa. Hij is de laatste der mohikanen in de categorie ‘voetballers die bier drinken en auto’s tegen lantaarnpalen parkeren’, onder Engelse fans is hij dan ook mateloos populair. Liefhebbers lopen met hem weg vanwege zijn techniek, voorzetten, beweeglijkheid en constante dreiging. Tijdens zijn invalbeurten op dit EK fleurde het dodelijk saaie team van Gareth Southgate volledig op, en daar is echt heel wat voor nodig. Een Engelser hoofd bestaat bovendien niet. Jack Grealish is door de voetbalgod bedacht voor een finale op Wembley. Maar dat is romantiek, een van de weinige dingen die Gareth Southgate nog minder leuk vindt dan voetbal. Bereid je er maar vast op voor: anti-football is coming home.